Grondexploitatie
De afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële positie van een gemeente. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. De accountant moet ieder jaar beoordelen of de gronden tegen een actuele waarde op de balans zijn opgenomen. In artikel 38, onderdeel a, van het BBV wordt gevraagd om in de balans afzonderlijk op te nemen:
Grond- en hulpstoffen gespecificeerd naar:
1. Niet in exploitatie genomen bouwgronden;
2. Overige grond- en hulpstoffen.
In onderdeel b van artikel 38 wordt gevraagd om ‘onderhanden werk’ te vermelden, hieronder vallen ook bouwgronden in exploitatie. Voor de berekening van dit kengetal worden de niet in exploitatie genomen gronden en de bouwgrond in exploitatie bij elkaar opgeteld en gedeeld door de totale baten uit de programmabegroting of jaarstukken (ingevolge artikel 17 BBV = exclusief mutaties reserves) en uitgedrukt in een percentage.
(bedragen x 1.000) | Rekening | Begroting | Rekening | |
2021 | 2021 | 2020 | ||
a | Bouwgrond in exploitatie (cf art 38 lid b BBV) | 4.015 | 8.370 | 5.666 |
b | Totale baten (cf art 17 lid c BBV (dus excl | 91.528 | 82.810 | 96.948 |
mutaties reserves) | ||||
Grondexploitatie (A+B)/C * 100% | 4% | 10% | 6% |
We hebben op 31 december 2021 € 9,2 miljoen aan gronden. Hiervan is € 4,3 miljoen in exploitatie en € 4,9 nog niet in exploitatie genomen. De waardering hiervan is afhankelijk van de (verwachte) toekomstige verkopen. Dit wordt jaarlijks intern geanalyseerd en beoordeeld door de accountant.